Tagarchief: vergeving

Zo heb ik het niet bedoeld!

Wat hoor je dat vaak… en daarmee moet de kous dan af zijn. Soms komt er nog bij, of in plaats van deze opmerking: “Als ik wat verkeerd gedaan heb, bied ik daarvoor mijn excuses aan.”. Maar dat is geen excuus, dat is hoe je met fouten omgaat. Lees dat zinnetje nog maar eens goed!

Er staat namelijk hoe je doorgaans, in z’n algemeenheid, met fouten omgaat. Als je daadwerkelijk je excuses aanbiedt voor een fout, of vergeving vraagt voor een misstap, dan moet je concreet zijn. Daar komt geen ‘als’ aan te pas. Je probeert te benoemen wat je fout, je misstap was, en biedt daarvoor je verontschuldigingen aan, en/of als het heel erg is voor degene die je het hebt aangedaan, vraag je om vergeving; niet jouw gevoel is de maatstaf voor je verontschuldiging, maar dat van die ander! En dan kun je ná je excuus nog wel met elkaar napraten (als die ander dat tenminste wil…) over of dat gevoel van die ander wel terecht was.

Is het raar om het gevoel van die ander als maatstaf te nemen? Nou nee, dat dacht ik toch niet! Wat denk je dat God van onze zonden vindt?! Wij zwakken de ernst daarvan wel af, daar zijn we goed in; maar God ergert Zich heel erg aan (onze) zonden. Daar kun je op heel veel plaatsen in de Bijbel het een en ander over lezen. God wordt soms ‘een verterend vuur’ genoemd, zie bijvoorbeeld Deuteronomium 4:24 en Hebreeën 12:29. Enig idee waarom?!

Ruim twee maanden geleden heb ik een ‘open bericht‘ geschreven aan voorgangers binnen de gereformeerde kerken vrijgemaakt. Van sommige mensen heb ik gehoord dat de betreffende preek niet zo bedoeld was. Niet? Waarom schrijft die predikant dat dan zo op? En waarom wordt dat zonder dat er kritisch naar gekeken wordt ook nog eens in andere gemeenten voorgelezen?

Natuurlijk kan het wèrkelijk onbedoeld zo gegaan zijn, en tegenwoordig, in een tijd waarin ieders eigen gevoel eerder de maatstaf is dan het gevoel van de ander, komt dat misschien wel vaker voor dan vroeger. Maar ben je daarom minder schuldig?

Volgens Leviticus 4 ben je dat niet. Zodra je erachter komt dat je gezondigd hebt, moet je naar de priester; voor leiders zijn er aparte aanwijzingen, zie vanaf vers 22.

Tegenwoordig kun je, in ieder geval in onze kerken, niet meer naar de priester. Maar dat je schuldig bent ook al heb je die schuld onbedoeld op je geladen, dàt is niet vervallen met de komst van Jezus. Doe daar eens wat mee! Hou eens op je te verschuilen achter dat je het niet zo bedoeld hebt.

Uiteraard kan iemand je woorden of daden ook (bewust, expres, met opzet of juist onbewust, onopzettelijk) verkeerd uitleggen. Maar doorgaans kun je dat dan vrij eenvoudig aantonen (behalve als je met z’n tweeën in gesprek bent geweest, zonder getuigen 😉 ).

Laten we met z’n allen proberen ons eigen gevoel niet als maatstaf te nemen voor onze naastenliefde; ik heb de indruk dat “Zo heb ik het niet bedoeld!” vooral dáárvandaan komt. “Ik zou graag …” en dan ben je verbaasd als de ander dat anders ziet. Gods Woord is de maatstaf voor onze liefde: zie bijvoorbeeld 1 Johannes 5:2. En denk dan eens aan wat er tegen het einde van het gebed van David in Psalm 19 staat. Soms heb je het gewoon niet door. Maar als je het eenmaal doorhebt (zie Cruijffiaans), wat doe je dan?

Maar dat is voor hoe we het vanaf nu gaan doen; wat gebeurt er met de gemaakte fouten? Hoe je daarmee omgaat staat voor mij aan de basis van of ik je weer wil vertrouwen of niet.

Ligt de lat dan hoog? Absoluut! Waarom dan? Kijk maar: Matteüs 5:481 Petrus 1:16.

Overigens ben ik nog steeds van mening dat de weg die geplaveid is met goede bedoelingen naar de hel leidt.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Jona

Herken je je in Jona? Ik wel. Ik heb af en toe zo gruwelijk de ‘p’ in als het om acties van bepaalde mensen gaat… vooral als ze er dan ook nog ‘lekker’ mee door blijven gaan. Dan gun ik ze niet dat God ze hun daden vergeeft.

Geen last van? Denk eens aan iets heel ergs dat iemand jou, je familie en/of je vrienden aan zou kunnen doen; en dat hij of zij niet stopt na één keer. Of stel je voor dat één van die gruwelijke dictators na het vermoorden van miljoenen mensen zich bekeert tot God. Of denk aan iemand die een of meer anderen misbruikt heeft en ‘fijn’ doorleeft, vooral als het ook nog eens om een ‘christen’ gaat…

Als je dat goed op je netvlies hebt staan, lees dan het Bijbelboek Jona eens helemaal (het gaat om slechts vier korte hoofdstukken…).

Ninevé was de hoofdstad van Assyrië (Assur). Had Assyrië Israël dan al zoveel aangedaan? De Jona van het Bijbelboek Jona is vermoedelijk dezelfde als de Jona die voorkomt in 2 Koningen 14:25. In die tijd, de tijd van Jerobeam II, had Israël vooral last van Aram (Syrië). Als je kijkt bij de koningen die ná Jerobeam II komen, wordt het een ander verhaal.

Assyrië is in de tijd van Jona wel al lange tijd een grootmacht, zie b.v. dit artikel. Waarom wilde Jona de Ninevieten dan dood hebben? Het lijkt me sterk dat dat alleen is omdat het om ‘heidenen’ ging. Vermoedelijk was de druk van Assyrië in Israël al wel voelbaar. (De Assyriërs stonden bekend als gruwelijk wreed.) In ieder geval, hij heeft zó’n hekel aan deze vijanden van zijn volk, dat hij ze Gods genade niet gunt. Hij verwijt God dat Hij zo genadig is: “Ik wist het wel: u bent een God die genadig is en liefdevol, geduldig en trouw, en tot vergeving bereid.” (zie Jona 4). God legt Jona uit waarom Hij zich bekommert om de Ninevieten (en hun dieren!): die wonderboom, daar heeft Jona helemaal niks voor hoeven doen; toch is hij boos als die doodgaat; God heeft de Ninevieten en hun dieren gemaakt (al zegt Hij dat niet met zoveel woorden, Jona zal het vast wel begrepen hebben), dus is het logisch dat God zich het lot van al die mensen en dieren aantrekt.

Hij heeft ze de dood laten aankondigen, en daarop hebben ze gereageerd, zie Jona 3. Bekeerden ze zich tot God? Dat weet ik niet. Maar ze gingen wèl anders leven.

Zo af en toe heb ik er moeite mee dat de wraak niet meteen komt, maar dat had je al wel begrepen uit de inleiding, denk ik. Vooral als mensen maar doorgaan met hun slechte gedrag – als je nou nog verandering zag… Maar God zegt dat we geduld moeten hebben, omdat Hij het voor ons zal opnemen, zie Romeinen 12:19. Geduld maakt deel uit van de vrucht van de Geest: Galaten 5:22-23. Zelfbeheersing ook…

En wat misschien ook wel helpt is in de spiegel kijken: ben ik béter dan die andere mensen? Jezus heeft een gelijkenis verteld waarin mij zo’n spiegel wordt voorgehouden: zie Matteüs 18:21-35. En denk aan het Onze Vader!

Móét je per se vergeven? Ik heb daar eerder al eens iets over geschreven, zie ‘Door uw schuld is de HEER kwaad op mij geworden‘. Ik denk dat het belangrijk is te bidden om vergevingsgezindheid.

Jezus is gekomen om de hele wereld te redden: Johannes 3:16-18. Dat is dus inclusief mijzelf…

Genade: wel goedkoop, maar niet gratis (Visje).

Moeilijk te accepteren, soms…

Twee uitspraken van Rikkert Zuiderveld (uit De slimme Rikkert) als ‘uitsmijter’:

  • Wie genade heeft ontvangen en meent daardoor bij de gever in het krijt te staan, heeft de genade nog niet ontvangen.
  • Wie moeilijk kan vergeven, heeft een reden temeer het te doen, aangezien vergeving de weg effent naar een wereld waarin vergeven niet meer nodig is.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

6 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Door uw schuld is de HEER kwaad op mij geworden

Het opschrift van dit stukje is afkomstig uit Deuteronomium 4:21. Mozes mag het beloofde land niet in: Deuteronomium 4:22. Hij verwijst in zijn toespraak naar de geschiedenis van het water van Meriba, Numeri 20:2-13.

Mozes heeft het volk misschien wel vergéven dat ze hem zo kwaad gemaakt hebben dat hij zichzelf (èn God) vergat, maar vergéten is hij het niet. En hij noemt deze periode ook gewoon in zijn toespraak.

Vinden wij dat dat kan?

Wij willen nog wel eens ‘moeilijk doen’ over het feit dat we wèl kunnen vergeven, maar niet vergeten. En dat ‘moeilijk doen’ slaat er dan op dat we eigenlijk vinden dat we wat ons aangedaan is niet alleen moeten (kunnen) vergeven, maar ook vergeten.

Maar is dat wel zo Bijbels?

Ik weet van mezelf dat ik bepaalde dingen die me zijn aangedaan vergeten ben (voor ‘vergeten zijn’ en ‘vergeten hebben’ zie b.v. het taaladvies van Onze Taal). Maar soms is er iemand anders die het nog wel weet, en dan blijkt af en toe dat het toch nog ergens in een schuilhoek van mijn geheugen bewaard gebleven is.

Wat we moeten meewegen bij ons oordeel hierover is, denk ik, wat de gevolgen van iemands misstap tegen ons zijn. Als je die gevolgen nog vaak tegenkomt in je leven, zal vergeten (erg) moeilijk zijn.

Moet je een ander per se het jou aangedane leed vergeven? Dat denk ik wel, in ieder geval moet je er je best voor doen. Ik zal proberen dat uit te leggen. (En dat kan ik niet zonder de Bijbel, zie Jesaja 55:11, waar staat dat Gods woord niet leeg terugkeert.) Lees eerst maar eens de gelijkenis van de onbarmhartige dienaar. En dan ook het Onze Vader. Dan zie je, als je goed leest, dat ‘je best ervoor doen’ niet goed genoeg is. Maar wat moet je dan, als je ècht niet kunt vergeven? Ga naar God: zie o.a. Psalm 50:15. En bedenk: je kunt wel bidden om vergevingsgezindheid, maar als je haat en/of wrok in je hart blijft toelaten, helpt zulk bidden niet! Bid dat God dat allemaal wegneemt, en vecht er zelf voor! Lees bijvoorbeeld Filippenzen 2:12-18, waar o.a. staat dat we ons moeten inspannen voor onze redding. Dan nog zou het goed kunnen dat het je niet lukt; anderen mogen je ook niet dwingen om te vergeven, zie bijvoorbeeld Slachtoffer incest niet dwingen dwingen tot vergeven. Maar blijf in contact met God!

Terug naar Mozes. Mag hij zulke dingen zeggen? Stelt hij zich dan niet als slachtoffer op?

Ik zou niet weten waarom hij het niet zou mogen zeggen. De gevolgen zijn, op het moment van zijn toespraak, toch nog steeds voelbaar? En kijk eens naar het doel van zijn toespraak! Hij zegt het niet (alleen) uit frustratie. Lees maar eens een stuk van het vervolg van zijn toespraak: Deuteronomium 4:23-31. Mozes gebruikt zichzelf als voorbeeld om het volk te waarschuwen.

Verder denk ik dat vergevensgezindheid ècht heel belangrijk is. Zie het stukje hierboven over de gelijkenis van de onbarmhartige dienaar en het Onze Vader. Maar ná het vergeven zou er plaats moeten komen voor nieuw vertrouwen. Ik weet uit eigen ervaring dat dat erg moeilijk is, vooral als ik niet de indruk heb dat mijn vergevensgezindheid nog een ander doel heeft dan dat ik van mijn wrok af ben, met andere woorden: de ander heeft geen flauw idee dat ik hem iets te vergeven heb.

Volgens mij mag je dus best over de gevolgen van iemand anders zijn zonde in jouw leven praten, maar dan wel met de beperkingen van de hoofdregels van het evangelie: God liefhebben boven alles, en je naaste als jezelf, zie Marcus 12:29-31 voor de volledige tekst.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

2 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Het huwelijk in ere

Dat is de titel van een boek van dr. W.G. de Vries, dat meer dan veertig jaar geleden uitgebracht is. Deze titel heeft hij ontleend aan Hebreeën 13:4, vermoed ik… 😉

Wij leven nu in een andere tijd, dus…

Ja, dus?

Vóór het huwelijk

Seks vóór het huwelijk is al bijna geen discussie-onderwerp meer binnen veel kerken. Is trouwen zo belangrijk dan?

Ja, dat denk ik wel! Op verschillende plaatsen geeft God aanwijzingen hierover. Bijvoorbeeld in Exodus 22:16-17, Deuteronomium 22:28-29, 1 Korintiërs 7:2, 8-9. Het komt mij voor dat helder is dat er éérst getrouwd wordt, en dan van de seks genoten. Dat laatste hoort er trouwens 🙂 wèl bij (zie bijvoorbeeld Hooglied, en 1 Korintiërs 7:3-6) al denken veel niet-christenen dat dat niet zo is…

Maar de overheid heeft toch een ‘lege huls’ gemaakt van het huwelijk? Persoonlijk neig ik ertoe die vraag met ‘ja’ te beantwoorden, maar daar gaat het niet om. 🙂

Het principe van een huwelijk is een afspraak om elkaar trouw te zijn – een verbond – tussen één man en één vrouw die geldig is zolang ze allebei leven, en die bij méér mensen bekend is – er moet duidelijk zijn dat die twee mensen bij elkaar horen. Zie Genesis 2:24, Matteüs 19:3-9, Marcus 10:2-12.

En zolang we de mogelijkheid hebben om deze afspraak bij de overheid te registreren, moeten we dat doen, denk ik. Zie o.a. Romeinen 13:1-2 en 1 Petrus 2:13-14 (met uiteraard de beperking van Handelingen 5:29).

Als je echt van iemand houdt zoek je niet alleen je eigen genoegens, en je kwetst ook je partner niet (zie 1 Korintiërs 13:5). En als je het nou allebei goedvindt? Dan blijft het gebod van God! Hij heeft de mens een ‘gebruiksaanwijzing’ gegeven, waar je niet zonder – soms blijvende – schade ‘creatief’ (wat een slecht woord in dit verband!) mee om kunt gaan.

Wil je meer lezen? Een website waarop nog meer over dit onderwerp staat is: Liefde kan wachten.

En misschien kun je de column ‘Vrij-blijvend’ van Adrian Verbree ergens vinden. Aanbevolen!

Een goed boek, dat ook biologische en psychologische aspecten meeneemt, vind ik ‘Verstrikt’, uitgegeven door Bijbel & Onderwijs. En er zijn er wel meer… Zoek maar eens!

Spijt

En wat als je spijt hebt? Er is een spreekwoord dat zegt dat gedane zaken geen keer nemen. Daar zit wat in; terugdraaien kun je het niet… en aangerichte schade krijg je meestal niet weg. Maar bij God is altijd vergeving, en je kunt altijd opnieuw beginnen. Daarmee gaat de schade niet weg, maar is wèl jouw/jullie relatie met God hersteld, en misschien ook wel die met elkaar.

Verleiding

Kun je voorkomen dat je in verleiding komt? Randy Alcorn geeft in zijn (beslist aanbevelenswaardige) boekje ‘De kracht van een rein leven’ een mooi voorbeeld van hoe het niet moet. Om iets duidelijk te maken aan iemand die bij hem langskwam om te vertellen dat hij vreemdgegaan was schoof hij een zwaar boek over zijn bureau naar de rand, en bad ondertussen tot God dat het boek niet zou vallen. Natuurlijk viel het boek wel! Is bidden dus waardeloos? Uiteraard niet! – een ander antwoord zou je op deze website ook niet verwachten, toch? 😉 Maar als je zèlf de verleiding opzoekt, bid je dan wel oprecht? Lees bijvoorbeeld eens Jakobus 1:2-8, en bedenk daarbij dat ’twijfel’ niet slaat op geloofstwijfel, maar op twijfel in je doen.

Normaal gesproken is vluchten vaak laf. Maar bij verleidingen is het wijs en verstandig. Want als je dichtbij de verleiding blijft, moet je die steeds weerstaan. En dat is niet gemakkelijk… Stel je voor dat je dol bent op chocola. Als je het niet koopt, heb je thuis geen enkele moeite ervan af te blijven. Koop je het wèl, dan ligt het in je kast, en zie je het regelmatig. Heb je er al een stukje van opgegeten, dan wordt de ‘drempel’ om de rest op te eten een stuk lager… Zie over verleidingen Psalm 119:37, 1 Timoteüs 6:9-11, Genesis 39:6-10 (Jozef vluchtte pas toen het niet anders meer kon: hij moest zijn meester gehoorzamen en zijn werk doen).

Als afsluiting van dit onderdeel een (impliciet) advies van Jakobus: Zeg op tijd ‘NEE!’, zie Jakobus 1:14-15.

Na een huwelijk

Mag je hertrouwen als je gescheiden bent?

Hierboven heb ik al verwezen naar Matteüs 19:3-9. In Marcus 10:2-12, met name in de laatste drie verzen, staat het nog explicieter: hertrouwen als je man of vrouw nog leeft, is er niet bij (behalve in geval van overspel, Matteüs 19:9)… En zie ook Lucas 16:18. Meer aanwijzingen worden gegeven in 1 Korintiërs 7.

Harde woorden, niet bepaald pastoraal! Toch?

En de praktijk in de kerken is ook (heel) anders… Maar ik ga toch nog even verder, want “Er staat immers geschreven: ‘Wees heilig, want ik ben heilig.'” (1 Petrus 1:16).

Wat is goed? Wat God geboden heeft, is goed! Jezus zegt dat we Hem liefhebben als we doen wat Hij gebiedt (Johannes 14:21).

Wat is wijsheid? “Wijsheid begint met ontzag voor de HEER, inzicht is vertrouwdheid met de Heilige.” (Spreuken 9:10).

We leven in een gebroken wereld. Wat moeten we aan met mensen die verkeerde keuzes hebben gemaakt en oprecht God zoeken? Zie ook het stukje over Spijt eerder in dit bericht.

“… het is beter te trouwen dan te branden van begeerte.” staat in 1 Korintiërs 7:9; “Omdat u harteloos en koppig bent…” staat in Matteüs19:8; en “Het is niet goed dat de mens alleen is…” staat in Genesis 2:18. Deze teksten worden, net als vroeger, vaak gebruikt om de praktijk goed te praten. Bedenk: … van het begin af is het zo niet geweest (Matteüs 19:8 en Marcus 10:11).

Ik kom terug op deze tekst uit Spreuken: “Wijsheid begint met ontzag voor de HEER, inzicht is vertrouwdheid met de Heilige.” (Spreuken 9:10). En ik voeg er nog een vraag aan toe: wil jij God dienen, of is God er om jou te dienen?

Ik heb gemakkelijk praten: ik ben op het moment dat ik dit schrijf (6 januari 2016) weduwnaar, en ‘alleen’; en ik ben geen predikant of ouderling, dus mij wordt geen oordeel gevraagd over een concrete situatie. Dat zal ik dan ook niet geven. Ik heb naar beste weten hier de boodschap van de Bijbel doorgegeven, omdat ik de indruk heb dat die ‘in de praktijk’ ver weg is. Maar God houdt niet van ‘kadaverdiscipline’! Met alleen ‘de regels’ zijn we er niet. We kunnen en moeten altijd terug naar Gods belangrijkste regels: God liefhebben boven alles en onze medemens als onszelf (Matteüs 22:37-40). Daar zijn al Gods andere regels op gebaseerd, maar die wij kennen raken niet elke situatie… Kunnen wij in Zijn ‘geest’ handelen? Als we vragen om de werking van de Heilige Geest?

Predikanten en ouderlingen hebben een verantwoordelijke taak, van hen wordt rekenschap gevraagd (Hebreeën 13:17). En ze mogen gelovigen beslist niet van de goede weg afbrengen (Matteüs 18:6). Maar ze moeten wèl de kudde van God hoeden, zie 1 Petrus 5:1-11. (Dat geldt overigens ook al als het gaat om het voorkómen van problemen.) Een citaat uit dit gedeelte dat niet alleen voor ‘de oudsten’ geldt, maar voor ons allemaal: “U mag uw zorgen op hem afwentelen, want u ligt hem na aan het hart.”! (En met ‘hem’ is hier God bedoeld; dat is niet altijd helemaal helder omdat de persoonlijke voornaamwoorden in de Nieuwe Bijbelvertaling met kleine beginletter geschreven worden.)

Er moet en mag naar pastorale oplossingen voor moeiten en feitelijke situaties gezocht worden. En ik wens en bid degenen die daarvoor door God zijn aangewezen daar Zijn zegen bij toe.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

29 november 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

De hemel verhaalt van Gods majesteit

Dat zijn de beginwoorden van Psalm 19.

Dit gedicht begint met het beschrijven van de woordeloze communicatie van het universum over zijn Schepper. Als je om je heen kijkt, moet je wel tot de conclusie komen dat iemand dit alles gemaakt heeft. En dan is het logisch dat je meer van die persoon wilt weten. Maar kom je vanzelf uit bij God als je Hem (nog) niet kent?

Ook daarover gaat het in dit stuk poëzie. De geboden van Jahwe – nu wordt deze naam van God, die vertelt wie Hij is, genoemd – worden volmaakt genoemd. Je kunt er Hem door (leren) kennen. Ze geven vreugde voor het hart en licht voor de ogen. Wie ze opvolgt, wordt rijk beloond.

Maar: wie kan al zijn fouten kennen? Gelukkig kun je aan God vragen je vrij te spreken van verborgen zonden (Paulus wist daar ook van, zie 1 Korintiërs 4:3-4). Dat moet je dóén! Dat is immers ook een gebod van God dat je moet opvolgen? En: wie Gods geboden opvolgt, wordt rijk beloond…

De laatste regels van de psalm gaan over hoogmoed, en het verzoek van de dichter aan God om die niet over hem te laten heersen. Hoogmoed is een van de lastigste dingen voor een mens om vanaf te komen – de eerste zonde had ermee te maken (Genesis 3:1-6).

Tenslotte vraagt de dichter God om zijn gedachten tot Gods ‘plezier’ te laten zijn. Hij vraagt dus niet alleen om het negatieve (o.a. de hoogmoed) weg te halen, maar ook om het positieve (zijn gedachten tot Gods genoegen te laten zijn) er te laten zijn!

Zo’n psalm kun je overigens ook zingen. Er zijn heel wat berijmingen van gemaakt. Een vrij jonge ‘berijming’ van deze psalm maakt deel uit van het project Psalmen voor Nu. Wellicht staat er een uitvoering van op Youtube…

(Nog even een opmerking over ‘om je heen kijken’: dat wil – denk ik – alleen goed als je niet afgeleid wordt. Fiets eens een keer naar school zonder doppen in je oren… Rijd eens een keer naar je werk zonder de radio aan…)

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

29 november 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatst gewijzigd: 1 september 2019.
^
Homepage

Een belangrijke brief

Bij het lezen van het boek Gevarenzones voor mannen door Jerry White, © 2000 Nederlandse vertaling Navigator Boeken, kwam ik de volgende brief tegen. Jerry White heeft toestemming gegeven om deze brief te delen, met bronvermelding – zie zijn opmerking onder aan zijn brief.

En ik denk dat het de moeite waard kan zijn deze brief te lezen, ook nú nog.

De citaten uit de bijbel heb ik omgezet naar de Nieuwe BijbelVertaling. Verwijzingen naar ‘oude techniek’ heb ik aangepast.

-0-0-0-

Beste vrienden,

Toen ik tijdens een nacht in juni een uur of drie wakker lag, voelde ik het als mijn persoonlijke plicht om enkele gedachten te delen met de mannen die op onze verzendlijst staan. Dit is geen nieuwsbrief en ook geen gebedsbrief, maar meer een eenvoudige verwoording van enkele ideeën, waarvan ik hoop dat ze jullie denken zullen stimuleren.

Met het oog op enkele recente gebeurtenissen denk ik dat we het vraagstuk van seksuele zuiverheid eerlijk met elkaar moeten bespreken. Ik richt me op mannen, omdat ik zelf een man ben en alleen vanuit dat perspectief kan spreken. Maar als er vrouwen zijn die deze brief lezen, kan dat hen helpen het probleem vanuit mannelijk perspectief te zien.

Seksuele zuiverheid is een duidelijk gebod in de bijbel. ‘Het is de wil van God dat u een heilig leven leidt, dat u zich onthoudt van ontucht [seksuele immoraliteit]’ (1 Tessalonicenzen 4:3). Er zijn geen excuses voor seksuele onreinheid. Berouw, ja. Vergeving, ja. Excuses, nee. En om de een of andere reden lijken de gevolgen van seksuele zonde, ook al wordt zonde door God niet in verschillende categorieën onderverdeeld, veel diepgaander te zijn dan andere zonden.

Hier zijn een paar principes (…) gedachten (…) observaties:

  1. Seksuele zonde begint altijd als beslissing van het verstand voordat ze lichamelijk in daden wordt omgezet. Het is daarom erg belangrijk dat we onze gedachten beschermen.
  2. Een moeizaam huwelijk vormt nooit een excuus voor seksuele zonde.
  3. Een man die weduwnaar is geworden, gescheiden is of bepaalde seksuele ervaringen heeft, zal waarschijnlijk vaker te maken hebben met verleiding, voornamelijk omdat hij weet wat hij mist.
  4. In gevallen die ik heb meegemaakt, heb ik eigenschappen gezien die kenmerkend lijken te zijn voor mannen die zijn vervallen in seksuele onreinheid:
    • Zij hebben het imago van de macho en een gevoel van dominantie.
    • Zij hebben de veronderstelling gefaald te hebben op het werk, of hun trots heeft op een ander gebied een gevoelige slag gekregen.
    • Zij hebben het gevoel ‘boven de wet’ te staan.
    • Zij zijn niet al te streng voor zichzelf (…) op vele gebieden, zoals eten en lichamelijke beweging.
    • Zij komen onoplettend op plaatsen of in situaties terecht waarin de verleiding enorm groot is.
    • Zij kijken onophoudelijk en ongedisciplineerd naar vrouwen.
  5. Het afleggen van verantwoording is een belangrijk preventief middel, al is het niet het enige.
  6. Zelfs wanneer er verantwoording wordt afgelegd, zal iemand die seksueel wil zondigen een manier vinden om te liegen en anderen en zichzelf te misleiden. Daarom moeten we elkaar ondersteunen met gebed.
  7. Ongeacht onze geestelijke volwassenheid, hoe oud we zijn of hoe goed ons huwelijk is, is iedereen gevoelig voor seksuele verleiding.

Hoe kan ik verantwoording afleggen? Mijn voorstel is dat u iemand, in ieder geval zo nu en dan, directe vragen laat stellen – misschien elke maand. Hier volgen enkele voorbeelden van vragen die gesteld kunnen worden:

  1. Hebt u een seksuele relatie met iemand anders dan uw vrouw?
  2. Laat u zichzelf in met pornografie?
  3. Masturbeert u? (Dit is zonder meer een controversieel onderwerp. Ik zou u willen voorstellen het hoofdstuk over seksuele immoraliteit in mijn boek Honesty, Morality and Conscience aandachtig door te lezen. Veel mensen zijn van mening dat masturbatie geen belangrijk onderwerp is. Ik ben geneigd dat anders te zien.)
  4. Kijkt u naar films of series waarin veel seks te zien is?
  5. Laat u zich gaan in seksuele fantasieën over andere vrouwen?

Maar na dit alles vragen we ons misschien af: ‘Wat zijn goede voorzorgsmaatregelen tegen seksuele zonde?’ Hier volgen enkele adviezen:

  1. Dagelijks tijd doorbrengen met God en zijn Woord en besluiten geestelijk te groeien.
  2. Uzelf toewijden aan de strijd om verlorenen te winnen.
  3. Een goede relatie onderhouden met een of twee andere mannen voor wie u verantwoording aflegt.
  4. De relatie met uw vrouw verdiepen.
  5. Voortdurend op uw hoede zijn met betrekking tot uw gedachteleven en handelingen.
  6. Uzelf vastbesloten en voortdurend opnieuw voornemen dat u niet seksueel zult zondigen.
  7. ‘Defensief’ bidden.

In zijn boek Growing Strong in the Seasons of Life heeft Chuck Swindoll enkele wijze dingen te zeggen met betrekking tot David en Salomo:

Achteruitgang doet zich nooit plotseling voor. Er is niet één tuin die plotseling ‘overwoekerd’ is met onkruid. Er is geen kerk die plotseling ‘scheurt’. Er is geen gebouw dat plotseling ‘in elkaar stort’. Er is geen huwelijk dat plotseling ‘uit elkaar valt’. Er is niet één land dat plotseling enorm aan macht ‘inboet’. Er is niemand die plotseling ‘afglijdt’. Langzaam, bijna onopgemerkt, worden bepaalde dingen geaccepteerd die eens afgewezen werden. Dingen die eens als schadelijk werden beschouwd worden nu heimelijk getolereerd. Aan de buitenkant komt het onschadelijk over, misschien zelfs opwindend, maar de wig die het drijft laat een kloof achter die groter wordt aangezien moreel verval hand in hand gaat met geestelijk verderf. De kloof wordt een ravijn. De ‘weg die juist lijkt’ wordt, in feite, ‘de weg van de dood’. Salomo schreef dat. Hij zou het moeten weten.

Wees op jullie hoede, jullie die staan, wees op je hoede, opdat jullie niet vallen! Wees voorzichtig met het veranderen van jullie normen zodat ze overeenkomen met jullie verlangens. Pas heel goed op dat jullie niet geïnfiltreerd worden met gedachten over je eigen belangrijkheid. Wees bedachtzaam op de vallen van welvaart en succes. Mocht God rijkdom, bekendheid en succes geven, ren daar dan niet bang voor weg en voel je niet schuldig. Blijf eenvoudigweg in balans. Denk aan Salomo, die in vrij korte tijd veranderde van een nederige, wijze man in een ijdele dwaas.

De uwe in Christus,

Jerry White

Opmerking: Voelt u zich vrij om deze brief te kopiëren en te verspreiden. Vermeld alstublieft Gevarenzones voor mannen door Jerry White, © 2000 Nederlandse vertaling Navigator Boeken als bron.

-0-0-0-

De rest van het boek mag niet gekopieerd worden, maar m.b.v. de gegevens hierboven en ISBN 90-76596-01-8 kunt u/kun je vast wel uitzoeken of het leverbaar is. Mijn advies: vraag het bij uw/je plaatselijke boekhandel, en bestel het daar ook – u/jij wilt toch graag dat er een boekhandel blijft in uw stad of dorp?

Een citaat uit de brief hierboven: “Met het oog op enkele recente gebeurtenissen denk ik dat we het vraagstuk van seksuele zuiverheid eerlijk met elkaar moeten bespreken.”. Die brief is van vóór 2000, en toch is de opmerking nog actueel! Geeft u/jou dat óók te denken?

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

Laatst gewijzigd: 1 september 2019.
^
Homepage