Tagarchief: omgaan met verschillen

Ikabod?

De vrouw van de priester Pinehas (Pinechas) noemde haar zoon Ikabod (Ichabod), toen de Filistijnen de ark van God buitgemaakt hadden. Dit kun je lezen in 1 Samuel 4.

Kort voor ze stief zei ze: “De eer is weggevoerd uit Israël.“.

De voor de hand liggende vraag is, denk ik: is dt nu het geval met de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt? Ik weet het (nog) niet. Ik verwacht, hoop en bid dat er nog gemeenten overblijven die de oude hermeneutiek volgen (waarbij – kort gezegd – God centraal staat, en niet mijn situatie). Dat het met het hele kerkverband weer goedkomt, dat geloof ik helaas niet.

Inmiddels heb ik mijn plaatselijke gemeente verlaten, want mijn gezondheid liet niet meer toe dat ik lid bleef. Hartproblemen, sterk verhoogde bloeddruk. En waardoor?

Het is al enige jaren geleden begonnen, maar de ‘etter’ kwam naar buiten toen er op 30 september 2018 bij ons een preek werd gelezen over Romeinen 15:7, die je op de pagina ‘Preken over omgaan met verschillen’ van de GKv kon vinden (die pagina bestaat nu (18 oktober 2020) niet meer – als je wilt kan ik de de preek mailen, zie Contact). Als je Bijbelvast bent, raak je van de preek op zich niet ondersteboven, dus lees ‘m gerust. Ik was en ben wel ondersteboven vanwege het feit dat deze preek gemaakt is door een vrijgemaakte predikant en bij ons in de gemeente voorgelezen is, en dat dat (uiteindelijk) kennelijk gewoon moest kunnen.

Ik heb indertijd naar aanleiding van deze preek op deze site een stukje geschreven (zonder op details van de preek in te gaan) – Omgaan met verschillen – en tegen deze preek geprotesteerd bij mijn eigen kerkeraad. In eerste instantie gaf de kerkeraad mij gelijk, maar enkele mensen besloten toen de erediensten niet meer te bezoeken, en toen werd er een classiscommissie bij betrokken. Die bestond uit een communicatiedeskundige, een psycholoog en een predikant. Deze commissie weigerde, zelfs op uitdrukkelijk verzoek, te beginnen bij de oorzaak van de onenigheid, namelijk de door mij gewraakte preek.

Inmiddels heeft één van de bijbelgetrouwe ouderlingen vanwege zijn gezondheid ontheffing moeten vragen, en de andere z’n termijn zat erop. De gemeente is enige tijd zonder ouderlingen geweest, en nu zijn er twee vanuit de classis.

Voor een impressie van wat er verder gebeurd is, lees Zo heb ik het niet bedoeld!, Wat is waarheid?, Omgaan met diversiteit, Waarop baseer je je?, Goede bedoelingen en God, … kan vreemd( )gaan, Wat Nabot tegen Achab zei, … onderzochten dagelijks de Schriften om te zien of die dingen zo waren., Christelijke vrijheid beperkt gezag synode, God wil het!, Joas, koning van Juda, Tijdgebonden.

Waarom ben ik zo tegen op die preek? Ik citeer hier enkele stukjes (cursief), en geef er mijn mening bij. De cijfers in de citaten zijn van mij, en onder de citaten vind je mijn opmerkingen.

Misschien kunnen we ook nog een keer lachen om die rare verschillen van ons. Dat zou helemaal mooi zijn. Weet je nog, vroeger, toen discussieerden we over de vraag of zusters de Heer mogen dienen in het ambt. (1)

De verschillen vallen meteen op (2). Die springen altijd meteen in het oog. Je kunt op die verschillen inzoomen, zonder ooit tot overeenstemming te komen. Je kunt net zo lang inzoomen, totdat de boel breekt. Ik moet denken aan de lichtbak van een stroper. De koplampen van een auto op een donker weggetje in het bos. Hoe een dier gevangen wordt in het licht en hoe het verlamd raakt. Zo kun je je laten vangen door de verschillen die er zijn. Je komt er nooit meer uit.

Je kunt twee dingen doen: je kunt de buitengrenzen bewaken: de grens van wat nog net wel en wat net niet meer gereformeerd is (3). Of je kunt je concentreren op de kern (4) en je samen oefenen in leven vanuit de Bron. Je kunt steeds weer inzoomen op verschillen. Verschillen zullen er altijd zijn. Dan zijn er twee mogelijkheden (5). Verschillen kunnen leiden tot steeds meer verdeeldheid. Dat is de lichtbak van de stroper en ik weet wel wie die stroper is. We kunnen ook aan de andere kant beginnen. Investeren in de relatie met de Heer en de relatie met elkaar. Laten we met elkaar spreken over ons geloof in de Heer Jezus. Wie is hij eigenlijk voor jou?

Ik roep u en jou op om te doen wat de apostel zegt: Christus heeft jou genadig aanvaard, zo moeten we ook elkaar ruimhartig aanvaarden. Laten we niet met elkaar discussiëren over verschillen. Laten we daar in ieder geval niet beginnen. Laten we liever investeren in de band met elkaar. Wie is Christus voor jou broeder, zuster? Heb je hem echt lief? Wil je hem volgen door dik en dun (6)? Wil je de ander liefhebben met de liefde van Christus (7)? Amen.

(1) Lachen om verschillen waarover in de Bijbel duidelijke aanwijzingen staan? Dat doe je niet, dat suggereer je niet eens over je broers en zussen die de betreffende teksten wèl serieus nemen.

(2) Wie heeft die verschillen veroorzaakt, en waarom? Geeft de Bijbel aanleiding om die verschillen te maken?

(3) Wel of niet gereformeerd? Dat vind ik minder belangrijk dan wel of niet Bijbels, en dàt is het soort verschillen waarvan ik vind dat die niet op één hoop gegooid kunnen en mogen worden. ‘Welk soort muzikale begeleiding in de kerk’ of ‘vrouw in het ambt’ maakt nogal wat uit. Zie ook (5).

(4) Er is op die manier geen kern. De hele Bijbel is Gods Woord. Zie ook Deuteronomium 4:2, 12:32, Psalm 119:105, Spreuken 30:6, 2 Timoteüs 3:16-17, 2 Petrus 1:20-21 en Openbaring 22:18-19. Meer Jezus? Zie Johannes 1:1-18 (het Woord is vlees geworden), 14:15, 15:14.

(5) Hier wordt, net als bij (3) en (4), een valse tegenstelling opgezet: er zijn verschillen die er toe doen, namelijk die waarover de Bijbel uitspraken doet (zie 2 Petrus 1:20-21). Degenen die zich bezorgd maken over of de Bijbel wel in z’n geheel gehandhaafd blijft, en die dat uit liefde tot God en hun naasten doen, worden weggezet als door de duivel verblinden. Of dacht je soms dat dat niet bedoeld wordt met “ik weet wel die die stroper is”? Je bezorgd maken over verschillen waarover in de Bijbel iets staat kan niet als tegenstelling worden gebruikt voor “investeren in de relatie met de Heer en met elkaar”. De keuze is niet voor de liefde, en dan is de waarheid niet zo belangrijk; de keuze is ook niet voor de waarheid, en dan is de liefde niet zo belangrijk. Jezus heeft gezegd dat Hij de Weg, de Waarheid en het Leven is, en God is liefde. Dat kun je niet uit elkaar halen. En dat iemand zó met z’n geloofsgenoten omgaat… als je je aan Gods regels wilt houden heeft hij z’n oordeel dus al klaar. Over ‘niet oordelen’ gesproken!

(6) Uiteraard willen we dat! Maar wat zegt Jezus zelf? Zie de teksten uit Johannes die ik onder (4) heb genoemd.

(7) Natuurlijk! Dat wil toch iedereen die regelmatig in de kerk komt?! Maar je kunt dat niet tegenover elkaar zetten. Zie de teksten uit Johannes die ik onder (4) heb genoemd.

Zo’n preek?

Daar kun je, zeker als je er even wat beter naar luistert of naar kijkt, toch niet mee aankomen bij je broers en zussen?

En inmiddels vindt mijn ex-kerkeraad (met andere ouderlingen dan eerder, namelijk die vanuit de classis) dat zo’n mening moet kunnen: “Verschillende zienswijzen mogen er onder gemeenteleden zijn.”. Natuurlijk mag dat! Maar dat is geen antwoord op mijn vraag; waarom wordt niet serieus, met argumenten vanuit de Bijbel, op mijn bezwaren ingegaan?

Zowel kerkeraad als veel gemeenteleden weigeren inhoudelijk op mijn bezwaren tegen deze preek in te gaan. Terwijl ik vaak genoeg heb aangegeven dat ik opensta voor argumenten vanuit Gods Woord…

Af en toe denk ik aan Jeremia, toen het volk tegen hem zei dat ze geen boodschap aan hem hadden, zie Jeremia 44, in het bijzonder vers 17.

Voorlopig ben ik zonder gemeente. Een gevaarlijke situatie, dat realiseer ik mij. Volgens het Nieuwe Testament heeft een christen een gemeente nodig. Ik ben van plan af te wachten tot de GKv landelijk scheuren, en me dan aan te sluiten bij een gemeente die Gods Woord op de ‘oude manier’ serieus neemt. Maar iemand heeft ooit eens gezegd: “Wil je God laten lachen, vertel Hem dan wat je morgen van plan bent …”, dus het zou ook heel anders kunnen gaan.

Dit zou overigens allemaal niet nodig zijn als onze ‘herders’ wat meer doorgepakt hadden. Want waarom zou je revisie afwachten van een besluit dat intrinsiek geen revisie kan verdragen? Ik citeer een stukje uit Omgaan met verschillen: “Ik begrijp werkelijk niet hoe een meerderheid van afgevaardigden vanuit de kerken ten eerste besluit om de vrouw in het ambt toe te laten (maar die discussie ga ik hier niet voeren), en ten tweede dat besluit direct te laten ingaan! Het had van minimale wijsheid getuigd het eerste besluit door een volgende synode te laten toetsen (en dus het tweede achterwege te laten).“.

Ik begrijp dat je door zo’n besluit in eerste instantie overdonderd wordt. Maar inmiddels zijn we ruim twee jaar verder. Ik had wat meer actie verwacht van onze herders. Maar wat hoor ik? De één zegt dat hij niet weggaat zolang hij het Woord nog mag verkondigen – maar die houding past niet binnen de GKv, daarvoor kun je beter bij een ander kerkverband terecht -, de ander dat hij niet weggaat zolang zijn kerkeraad nog achter hem staat – en dat is ook een houding die niet binnen de GKv past…

Bang voor polemiek? Of is het iets anders? Het Woord staat op de tocht, en als herder moet je je ‘schapen’ de goede kant op leiden! Ga dat -eindelijk- eens doen! Als je blijft beweren dat die andere herders het ook goed bedoelen, hebben veel van je ‘schapen’ op een gegeven moment geen benul meer wie ze moeten volgen. Als jij nou eens achter Jezus aangaat (zie Leiders), dan komt het met die ‘schapen’ misschien wel weer goed.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

Laatste wijziging: 18 oktober 2020.
^
Homepage

Omgaan met diversiteit

Vorig jaar oktober heb ik een stukje geschreven over Omgaan met verschillen. Dat was naar aanleiding van een preek die bij ons in de gemeente gelezen werd, en waar ik nog steeds beroerd van ben, vooral omdat deze preek in onze gemeente als splijtzwam werkt. Aangezien ik geen zin had in nog een stukje met dezelfde titel heb ik nu een ander woord gekozen, met ongeveer dezelfde betekenis. Ik kwam op ‘diversiteit’ door het lezen van een àndere preek.

Wat me opvalt bij al die preken is dat er bijna op wordt gehámerd dat verschillen er mogen zijn, en dan worden doorgaans enkele verschillen ten tonele gevoerd waarover de Bijbel heel duidelijk zegt dat je daarover geen verschil van mening kunt hebben. De gebrokenheid van het leven wordt ook vaak aangedragen. Maar voor sommige mensen helpt dat niet, omdat wat zij willen maatschappelijk niet geaccepteerd wordt, soms omdat het gaat om ongelijke partijen, soms om andere redenen. Ik heb daarover nog nooit (dat zal te sterk zijn, ik herinner me het in ieder geval niet) iets gehoord in een preek…

Maar wat is er dan mis met die preken?

Ik begin met een vrij eenvoudig voorbeeld. In de preek die ik zojuist gelezen heb maakt de predikant een opmerking over meedoen met loterijen; dat dat 20 jaar geleden echt niet kon in de vrijgemaakte kerken, en dat je, als je een miljoen gewonnen had, maar zó onder de tucht kon komen te staan. Volgens hem gebeurt dat nu niet meer, en dat heeft te maken met dat we elkaar daarover niet (mogen?) oordelen.

Maar waarom kom je nu in zo’n geval niet meer onder de tucht dan? Dat zou wèl moeten! Lees maar eens: 49,9 miljoen! en Geld maakt niet gelukkig, gelukkig maken ze geld!. Er staan ruimschoots voldoende aanwijzingen in de Bijbel om jou duidelijk te maken dat je niet moet gokken. Als je dat dan toch structureel doet, en er ook na duidelijke waarschuwingen niet mee wilt ophouden, lees dan eens deze Spreuken:

Als je geen gehoor geeft aan de wet,
is zelfs je gebed de HEER een gruwel (28:9 NBV).

Wie vaak terechtgewezen wordt en toch hardnekkig blijft,
wordt plotseling geveld, zonder kans op redding (29:1 NBV).

Laat ik als volgend voorbeeld ‘relaties’ nemen; dat is een stuk ingewikkelder.

Volgens de Bijbel kan een seksuele relatie uitsluitend een relatie zijn tussen één man en één vrouw, in een huwelijk, levenslang. Zie bijvoorbeeld Genesis 2:24, Leviticus 18, in het bijzonder vers 5, Leviticus 19:2, Matteüs 19:1-12, Marcus 10:1-12, 1 Korintiërs 7, Hebreeën 13:4. Ik heb een hele tijd geleden ook al eens over dit onderwerp geschreven, zie ‘Het huwelijk in ere‘.

Het zal je opgevallen zijn bij het lezen van de hierboven genoemde teksten dat ze niet allemaal over relaties gaan, maar ook over bijvoorbeeld de heiligheid van God. Ik ga dat verder niet voor je invullen; dat kun je heel goed zelf; maar wil je het wel?

Zelf ben ik nu ruim drie jaar weduwnaar, maar in ieder geval heb ik wel een (seksuele) relatie gehàd. Voor sommige mensen is dat niet weggelegd, zie de hierboven genoemde teksten, maar niet iedereen is zoals Paulus (zie 1 Korintiërs 7:7). En dan kun je het héél moeilijk hebben! En daar kan ik dan ‘heel goedkoop’ een Bijbeltekst ’tegenaan gooien’, maar die kun je zelf ook wel opzoeken, en wat schieten we ermee op als ik dat hier doe? Ik kan wel zeggen dat ik me druk maak om het heil van jouw ziel, maar waarom zou je me geloven?

In veel preken wordt het verwijzen naar de Bijbel min of meer als liefdeloos aangeduid. En wat er ook vaak in naar voren komt is dat we niet mogen oordelen, het oordeel is immers aan God! Maar binnen onze eigen kring moeten we dat nu juist wèl, zie bijvoorbeeld 1 Korintiërs 5:12-13. Maar waarom moet dat dan? Omdat je dat hoort te doen als je je broers en zussen liefhebt! En dat liefhebben toon je onder andere door je te houden aan Gods geboden, zie bijvoorbeeld 1 Johannes 5:2. Het is pas harteloos en liefdeloos als je je broer of zus (of …) maar een eind laat aanmodderen.

Ook wordt in preken het feit dat relaties anders dan het hierboven beschreven huwelijk, ‘relaties in liefde en trouw’, niet in de Bijbel voorkomen, een ‘blinde vlek’ genoemd. Moet dan in de Bijbel, naast alle verwijzingen naar het huwelijk, elke andere samenlevingsvorm expliciet worden afgewezen? Zo ongeveer de eerste gedachte die mij bekroop toen ik over die ‘blinde vlek’ hoorde was: “Hoe ongelooflijk arrogant en blind moet je wel niet zijn om op zo’n idee te komen?”. Maar dat is natuurlijk geen liefdevolle gedachte… Het lijkt er op dat ‘liefdevol’ niet meer ‘hard’ mag zijn.

Nou, ik daag je uit: zoek in de Bijbel maar eens op waar Jezus’ vermaningen ‘zacht’ zijn en waar ‘hard’, en kijk maar eens welke het meest voorkomen. Ik heb dat zelf nog niet concreet gedaan, ik heb alleen maar een ‘gevoel’ dat ‘hard’ het meest voorkomt. Je hebt dus een kans: zoek het eens uit!

Ik heb ook naar een preek geluisterd waarin Johannes 8:1-11 aan de orde kwam. Ondanks wat Jezus zegt in het laatste vers – “ga heen en zondig niet meer” – brak de betreffende predikant tòch een lans voor andere samenlevingsvormen dan het Bijbels huwelijk binnen de kerk; dus niet búiten de kerk, dat ‘gaat ons niks aan’ (1 Korintiërs 5:12-13). Het gaat me er niet om dat we ons moeten afzetten tegen mensen die anders zijn (in die zin dat ze niet alleen willen blijven of in een Bijbels huwelijk met iemand willen samenleven). In de meeste gevallen kun je er niet zoveel aan doen hoe je bent – maar sommige dingen kun je wèl kiezen, zie Ze moeten me maar nemen zoals ik ben en/of God heeft mij zo gemaakt -. waar het me om gaat is dat we ons moeten afzetten tegen het accepteren van de zonde; we leven in een gebroken wereld, dat wist èn weet Jezus ook. Toch heeft Hij de Bergrede (Matteüs 5-7) in de Bijbel laten opnemen.

Tot zover de voorbeelden.

Wat ik de laatste tijd ook vaak hoor of lees, is dat we op zoek moeten naar de kern. Over het algemeen komt dat neer op alles slopen waarover we het vroeger eens waren, een vage boodschap over Jezus (eigenlijk over jezelf) overhouden, en je eigen invulling geven aan Lucas 6:31. Maar die boodschap komt ook voor in Matteüs 7:12. En daar wordt verwezen naar de Wet en de Profeten… dus géén eigen invulling!

Verdeeldheid moet er zijn: zie Lucas 12:51-53. Dat is, dit wellicht ten overvloede, iets anders dan diversiteit.

Er is nog iets wat me de laatste tijd opvalt in preken. Vaak moet er iets ‘spectaculairs’ gezegd worden. In het afgelopen half jaar heb ik twee keer meegemaakt dat een predikant vloekte in een preek. Van één ervan weet ik dat hij er inmiddels spijt van heeft. In het blad ‘Naast’ las ik een column over een stukje Genesis in het Haags. Het taalgebruik is ronduit grof. Je maakt mij niet wijs dat de gewone Hagenees dit soort taal gebruikt als-t-ie z’n kinderen opvoedt. Ja, maar de Bijbel moet aantrekkelijk worden voor buitenstaanders, de Grieken een Griek etc..  Hoe zou je dan Efeziërs 4:29 vertalen? We gaan toch geen duivelse middelen gebruiken om de mens tot God te bekeren? Dat zou nog erger zijn dan Karel de Grote die de Saksen een ‘eenvoudige’ keuze bood: zie Karel de Grote wordt tot Keizer gekroond.

Er wordt in preken wel eens iets gezegd over de werking van de Geest; tegenwoordig vaak zó, dat je denkt dat de Geest ons meer toestaat dan het Woord (maar dat kan helemaal niet, zoek maar na in dat Woord! en/of lees … allen eensgezind bijeen). Onderdeel van de vrucht van de Geest is zelfbeheersing (Galaten 5:22). Niet dat ik daar nou zo goed in ben, maar waarom hoor je daar zelden of nooit wat over in een preek? Misschien word ik er dan wel beter in! En over tevreden zijn met wat je hebt (Hebreeën 13:5)? Het lijkt momenteel binnen onze kerken steeds meer op de tijd van de Rechters: zie 21:25.

Er is een uitspraak van Omdenken die heel goed toepasbaar is op hoe we om moeten gaan met zonde: “Vallen is niet erg, blijven liggen wel.”. Dus: naar Jezus ermee! En hoe dan verder? Lees bijvoorbeeld 1 Johannes 2:3-6; sowieso is het een goed idee om de drie brieven van Johannes eens achter elkaar te lezen.

Is een gesprek over ‘de verschillen’ (nog) wel mogelijk? Ik twijfel er steeds meer aan. Ik wil best met mensen over de Bijbel praten. Maar wel onder voorwaarden; we nemen allemaal de Bijbel serieus en accepteren het gezag van Gods Woord (2 Timoteüs 3:16-17, 2 Petrus 1:20-21, Openbaring 22:18-19); als je aankomt met “Dat is jouw mening. ” en/of “Daar denk ik anders over.” dan wil ik daar Bijbelse argumenten bij zien en/of horen (denk aan Handelingen 17:11): Jezus heeft namelijk gezegd dat Hij de Weg, de Waarheid en het Leven is (Johannes 14:6). Wil je niet met Bijbelse argumenten komen, laten we het dan over koetjes en kalfjes hebben, dan houden we het tenminste gezellig.

Waarom moet het toch allemaal zo nodig kapot?!

… kom, Heer Jezus!

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Omgaan met verschillen

Beste voorganger (predikant of preeklezer) in de gereformeerde kerken vrijgemaakt,

Deze keer richt ik mij in een open bericht in het bijzonder tot u, i.p.v. tot iedere lezer persoonlijk. Normaliter gebruik ik geen ‘u’ in mijn berichten, maar deze keer doe ik dat wèl, vanwege de afstand die ik tot u voel. (Uiteraard geldt hier dat wie de schoen past, z’n hoed op moet zetten.)

Enige tijd geleden kreeg ik een preek over me heen over ‘omgaan met verschillen’. (Geen fijngevoelige formulering, hè? Lees nog maar even verder…)

In die preek werd o.a. over de discussie Man, Vrouw en Ambt (onder de afkorting ‘mvea’ zijn veel artikelen terug te vinden, b.v. via Google) gesproken. Volgens de maker van de preek moesten we niet moeilijk doen over de vrouw in het ambt, over enkele jaren zouden we er toch om kunnen lachen. Verder zei hij  dat verschillen kunnen leiden tot steeds meer verdeeldheid, en dat dat van de duivel komt; maar het verwijt (en dus ‘de zwarte piet’ – of gebruiken we die uitdrukking al niet meer?) ging richting degenen die tegen de vrouw in het ambt zijn.

Laat ik voor mezelf spreken: waarom ben ik daar op tegen? De regels die ik heb geleerd over omgang met de Bijbel zijn o.a. deze: 1 Timoteüs 3:16-17, 2 Petrus 1:20-21. Weet u niet wat daar staat? Klik dan op de betreffende link – er wordt dan een nieuw tabblad geopend en u kunt de teksten lezen. Met deze teksten in het achterhoofd lees ik b.v. 1 Timoteüs 3, en Titus 1:5-9. Dan kom ik tot de conclusie dat de leiding van de kerk bij mannen hoort te berusten. Tot nu toe zijn er nog geen Bijbelse argumenten gevonden waarmee de geldigheid van deze twee teksten voor nu ontkend kan worden. Daarover is genoeg informatie te vinden op internet, of in bijvoorbeeld het blad Nader Bekeken.

Het is overigens nu niet mijn bedoeling om die discussie hier te voeren.

Waar het me nu om gaat is hoe serieus mijn standpunt wordt genomen. Ik beroep mij op Gods Woord, ik probeer God lief te hebben boven alles, en mijn naaste als mijzelf. Ik lees her en der in de Bijbel dat ik ‘liefde’ niet volgens mijn eigen normen mag invullen, zie b.v. 1 Johannes 5:2; daar staat het zelfs zó sterk geformuleerd dat duidelijk wordt dat ik mijn naaste niet werkelijk liefheb als ik God niet liefheb en Zijn geboden bewaar.

Dat heeft dus niks te maken met het liefhebben van ‘regeltjes’; dat heeft te maken met het liefhebben van God, en van mijn naaste.

Vindt u het dan zelf ook niet van gebrek aan liefde getuigen om deze liefde van mij tot God en mijn naaste (die ik niet graag van ‘het pad’ af zie raken) weg te zetten als duivelswerk? Ik krijg immers de schuld van de verdeeldheid? Waarom zou ik investeren in de relatie met mensen die zich op bepaalde punten toch niet naar Gods Woord willen richten? Ik probeer het wel – zie o.a. dit bericht dat u nu leest.

De synode heeft dat bepaald niet geprobeerd. Ik begrijp werkelijk niet hoe een meerderheid van afgevaardigden vanuit de kerken ten eerste besluit om de vrouw in het ambt toe te laten (maar die discussie ga ik hier niet voeren), en ten tweede dat besluit direct te laten ingaan! Het had van minimale wijsheid getuigd het eerste besluit door een volgende synode te laten toetsen (en dus het tweede achterwege te laten).

Ik hoop dat u nu begrijpt waarom ik hierboven schreef dat ik ‘een preek over me heen’ kreeg. Ik heb er een enorme hekel aan dat mensen hun eigen standpunt brengen als het Woord van God, misschien onbedoeld, maar toch.

U bereikt er uw doel ook absoluut niet mee; hooguit zullen degenen die zich er niet in hebben verdiept (omdat ze dat niet kunnen of niet willen) zich laten verleiden u te volgen door de mooi klinkende woorden, vooral als u er retorische vragen invlecht als “Wil je de ander liefhebben met de liefde van Christus?”; maar degenen die zich daadwerkelijk willen baseren op Gods Woord krijgen alleen maar méér het gevoel dat ze niet serieus genomen worden, en dat komt de eenheid, die u zegt te zoeken, niet bepaald ten goede.

Ik roep u op terug te keren tot Gods Woord. Ik weet dat dat voor de meeste van de voorgangers die ik met dit bericht aanschrijf aan dovemansoren gericht is, maar toch doe ik het; zie Ezechiël 33:1-20 voor een andere reden dan de liefde tot God en mijn naaste die ik hierboven al genoemd heb.

Misschien kunnen we elkaar over enige tijd wel met ‘je’ en ‘jij’ aanspreken, of het blijft ‘u’, maar dan uit beleefdheid en niet vanwege de afstand…

God zegene uw overwegingen.

Laatste wijziging: 22 mei 2019.