Tagarchief: doel

Doel, missie, visie, …

Bedrijven en organisaties hebben vaak een missie, en een visie, en ze stellen doelen.

Een doel dat de meeste bedrijven hebben is: winst maken. Is daar wat mis mee? Want dat is toch vaak het geval als ik ergens over schrijf… 😉

Waarom willen bedrijven winst maken? Kort gezegd: om te kunnen blijven bestaan – en degenen die van het bedrijf ‘leven’ dat te kunnen laten blijven doen. Als je geen winst maakt, kun je niet(s) investeren, en blijf je op een gegeven moment achter bij andere bedrijven. Winst maken is dus een afgeleid doel; het is niet het hoofddoel. Maar veel bedrijfseigenaren en managers vergeten dat.

Kijk maar eens bij Efeziërs 4:28. Even afgezien van de opmerking over ophouden met stelen, staat er dat je hard moet werken om de kost te verdienen en iets te kunnen weggeven aan wie het nodig heeft – niet iedereen kan voor zichzelf de kost verdienen. Tevreden zijn met wat je hebt (Hebreeën 13:5) zet ook een rem op het ongebreideld verzamelen van rijkdom. Paulus waarschuwt ook voor ‘rijk willen worden’, zie 1 Timoteüs 6:9-10. En over stelen gesproken: zie ook Spreuken 3:27-29; er staat niet letterlijk dat niet op tijd betalen stelen is, maar wel dat zulk gedrag schandalig is. En het gebeurt heel vaak! Hoe vaak stel je niet een betaling uit, terwijl je het geld wel hebt?

Kerkelijke gemeentes stellen ook vaak doelen. Ook daarbij is het van belang het einddoel in het oog te houden. Zie bijvoorbeeld: Efeziërs 1:3-14, in het bijzonder de verzen 7-10; en 1 Tessalonicenzen 3:13. Wat in Micha 6:8 staat is ook helder, al is het niet gemakkelijk… Alles moet in dienst staan van liefde tot God en liefde tot je naaste, zie Marcus 12:29-31. Ik heb bewust voor Marcus gekozen omdat daar duidelijk staat dat God liefhebben het belangrijkste is; als je alleen maar je naaste liefhebt, of hem of haar alleen maar liefhebt op jouw manier, gaat er iets verkeerd. Dit wordt mooi beschreven in 1 Johannes 4.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

9 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen; geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Loop niet in een en hetzelfde span met ongelovigen

Dit staat in 2 Korintiërs 6:14. Paulus verwijst hier naar Deuteronomium 22:10.

Maar wat bedoelt hij? Als je het hele stukje (vers 14-18) leest, kun je je niet aan de indruk onttrekken dat het behoorlijk aangezet is! God en de duivel worden betrokken bij ‘een en hetzelfde span met ongelovigen’. Mag je dan helemaal niks samendoen met ongelovigen? Dan zou je de wereld uit moeten gaan, en dat is ook niet de bedoeling. Paulus heeft daar iets over geschreven in zijn eerste bewaard gebleven brief aan de Korintiërs: hoofdstuk 5:9-13.

Maar wat bedoelt hij dan wel? Het ligt eraan welk doel je hebt. Als je bijvoorbeeld samen met iemand die niet van jouw geloof is een bedrijf wilt opzetten en gaan leiden, zou je je eerst eens moeten afvragen of je qua ethiek wel dezelfde ideeën hebt: sommige mensen vinden dat het doel (winst maken? – daar kom ik D.V. nog een keer op terug (update: zie Doel, missie, visie, …)) altijd de middelen heiligt, sommige zwakken dat wat af, en sommige andere mensen lijden liever onrecht dan het te doen – dan bereiken ze hun doel maar niet… Zelfs met iemand van hetzelfde geloof is het een goed idee om dit af te stemmen.

Als je met elkaar wilt trouwen, als je de rest van jullie leven in het huwelijk bij elkaar wilt blijven, en jijzelf bent christen en wilt dat blijven, wat moet je dan doen? Laatst hoorde ik een predikant (via een preeklezer) beweren dat je als christen best verkering kon nemen met iemand die ongelovig is, als je dat maar in verantwoordelijkheid en biddend deed. Dat doet mij denken aan een voorbeeld dat ik al eens eerder heb aangehaald: zie Het huwelijk in ere onder het kopje Verleiding (over dat boek dat van het bureau valt). Bidden dat iets niet misgaat terwijl je zelf bewust het risico loopt dat het misgaat? Wat die predikant gezegd heeft vind ik sterk lijken op deze variant (van mij) op een uitspraak van Loesje: ik denk eerst goed na voordat ik iets doms doe.

Maar wat voor problemen zou je nou tegen kunnen komen als je met een ongelovige trouwt? Stel, jouw ochtendkerkdienst begint om half 10, en je man of vrouw slaapt liever nog wat uit; wat doe jij dan? En als er kinderen komen, naar welke school gaan ze? Denk je dat het gemakkelijk is als jij de enige ouder bent Рterwijl er w̬l twee zijn! Рdie probeert de kinderen een christelijke opvoeding te geven?

Als je denkt dat het gemakkelijk is, moet je dat maar eens gaan navragen bij mensen die (bewust) getrouwd zijn met een partner die vanaf het begin van hun huwelijk niet gelooft. Vaak hoor je daar een mengeling van spijt en geen spijt. Spijt dat ze voor een ongelovige hebben gekozen, en geen spijt omdat ze enorm veel van hun partner houden.

Moet je dat zulke mensen dan blijven nadragen? Nee, natuurlijk niet. God vergeeft zonden, en wij moeten elkaar ook vergeven (meer hierover o.a. in mijn stukjes over Jona en Door uw schuld is de HEER kwaad op mij geworden). Maar de gevolgen gaan niet ‘vanzelf’ weg…

Wil je hier meer over lezen? Je kunt zoeken met Google of op een andere manier. Hier een artikel n.a.v. mijn eigen zoektocht: een stukje op Refoweb. Maar er zijn er véél meer! Ook die het hier verwoorde standpunt afzwakken.

Er is een artikel uit Nader Bekeken te bekijken of te downloaden, waar je op pagina 300 (schrik niet, zo lang is dat artikel niet…) een kader vindt waarin wordt aangegeven dat je 2 Korintiërs 6:14 net zo kunt uitleggen als ik het hier gedaan heb, maar dat je deze aanwijzing van Paulus ook heel anders uit kunt leggen dan ik het hier gedaan heb. Lees maar eens wat er in het genoemde kader staat, en, als je tijd hebt, lees dan het hele artikel. Ik vind het verhelderend. En, als je het hebt gelezen, bedenk dan eens voor jezelf welke van de twee verklaringen je de beste lijkt, en vooral waarom.

Maar waarom wil God dat we ‘oppassen’ met ongelovigen? Om ons in onze mogelijkheden te beperken? Zie b.v. Christenen… dat zijn toch die mensen die niks mogen?

Ik zou de duivel liever geen kans geven (zie Efeziërs 4:27), of, positief geformuleerd: ik wil graag God dienen (zie Jozua 24:15, het laatste stukje), als is dat niet bepaald gemakkelijk (zie Romeinen 7:19).

Overigens is met elkaar zoenen niet vrijblijvend: zie b.v. het boek ‘Verstrikt’, uitgegeven door Bijbel & Onderwijs. Ik denk dan liever aan een advies van een predikant dat ik een jaar of 25 geleden eens hoorde: ‘Vrij blijvend!’.

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

6 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen; geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

Ze moeten me maar nemen zoals ik ben

Dat is een uitspraak die je ook vaak van christenen hoort. En er zit beslist een goede kant aan, denk ik. Want je hoeft jezelf niet te modelleren naar hoe een ander wil dat je bent…

Maar volgens mij zit er ook een foute kant aan deze uitspraak – anders had ik dit stukje niet geschreven. 😉

Hoezo dan? Je bent toch zoals God je gemaakt heeft? Voor een deel wel, ja… voor een deel ook niet! Ieder mens is zondig, zie 1 Johannes 1:10. En dat heeft God niet zo bedoeld.

Maar waarom is deze uitspraak dan zo ‘gevaarlijk’? Omdat-ie vaak gebruikt wordt om dingen goed te praten die niet goed zijn.

Ik herinner me bijvoorbeeld dat ik, toen ik nog bij een volleybalvereniging zat, nooit werd opgesteld in de eerste set van een wedstrijd. Toen ik de aanvoerder vroeg waarom, kreeg ik te horen dat me dat niets aanging. Toen ik iemand van het bestuur vroeg of dit zomaar kon, kreeg ik te horen dat de betreffende man zoveel voor de vereniging deed (en dat ze er dus niks van konden zeggen… – al zei hij dat niet met zoveel woorden). Ik heb mijn lidmaatschap opgezegd, en ben bij een recreatiegroep gaan volleyballen.

Wat in dit voorbeeld niet goed gegaan is, is dat het bestuur mijn aanvoerder de hand boven het hoofd hield, terwijl hij verkeerd bezig was.

In vriendengroepen en ook in kerkelijke gemeentes zie je dat soort dingen ook wel gebeuren. Iemand is ergens heel goed in, en/of doet heel veel goeds, en daarom mag er geen kritiek zijn op zijn of haar fouten. Daardoor gaan tenminste twee dingen verkeerd: (1) iemand is onnodig slachtoffer en (2) iemand is boven kritiek verheven. Dat dat eerste verkeerd is snapt iedereen die een beetje nadenkt, dus daar ga ik het verder niet over hebben. Maar dat tweede? Wat is daar mis mee? In een vriendengroep zet dit de vriendschap (op de duur) onder spanning, en in een kerkelijke gemeente laat je zo iemand ‘dóór zondigen’. En dat deugt absoluut niet, zie Ezechiël 3:17-21, en Ezechiël 33:1-20. Waarom niet? Omdat een zonde, waarvan je weigert je te bekeren, tot de eeuwige dood leidt. En als je ziet dat iemand – en al helemáál iemand die je lief is – dat doet, dan dóé je er toch iets aan?

Beter dat je openlijk terechtgewezen wordt
dan dat je uit liefde wordt gespaard.

(Spreuken 27:5)

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

29 november 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage