Tagarchief: verbod

Jullie moeten de voorschriften van de HEERE in acht nemen, opdat jullie niet sterven

De titel van dit stukje is een citaat uit Leviticus 8:35. In het hoofdstuk waar dit vers deel van uitmaakt gaat het over de wijding van Aäron en zijn zonen tot priester.

De mannen blijven een week bij de tent van samenkomst. Daarna moet Aäron daadwerkelijk als priester optreden: zie Leviticus 9.

Maar daarna gaat er iets gruwelijk mis.

Nadab en Abihu, de twee oudste zonen van Aäron brengen ‘vreemd vuur’ voor het aangezicht van de HEER (Leviticus 10:1-7). (Overigens vind ik ‘aangezicht’ (HSV) een minder vreemd woord dan ‘gelaat’ (NBV, zie aantekeningen bij de priesterzegen).) De beide mannen worden door het vuur dat uitgaat van het aangezicht van de HEER verteerd.

Wat een keiharde straf! Een stel van die jonge kerels – ze hadden in ieder geval nog geen kinderen, zie Numeri 3:4 en 1 Kronieken 24:2 – die in hun enthousiasme een fout maken?! Het is toch mooi, wat ze doen?

Ja, we kunnen zeggen dat ze het hadden kunnen weten. Zie bovenaan dit stukje.

God gaat hier naar ‘onze maatstaven’ erg ver om Zijn heiligheid duidelijk te laten blijken. Maar wie zijn wij om kritiek te hebben op God? Zie bijvoorbeeld Jesaja 29:16, Jeremia 18:6.

Waar ik verder nog aandacht voor wil vragen is dat over deze gebeurtenis niet geschreven staat dat God verboden had wat Nadab en Abihu deden; er staat dat Hij het niet geboden had!

Wij zijn nog weleens makkelijk, zo van “De Bijbel verbiedt het niet, dus moet het kunnen.”. Misschien een goed idee om daar wat voorzichtiger mee te zijn? Tegenwoordig vallen er, voor zover mij bekend, geen directe doden meer bij het ongehoorzaam zijn aan de geboden van God. Maar het zou wel kunnen dat je je eigen eeuwige leven, en/of dat van je kinderen, klein- en achterkleinkinderen in de waagschaal stelt; zie Voor de schuld van de ouders….

God wil graag gediend worden, maar dan wel op de manier die Hij heeft bepaald. En dat kan (tegenwoordig, maar – en doe vooral niet onnozel – vroeger ook al) dwars tegen maatschappelijke tendenzen ingaan.

Bedenk goed dat God liefhebben betekent Hem gehoorzamen. Zie bijvoorbeeld 1 Johannes 2.

Wij koppelen liefde meer met vrijheid, en minder of helemaal niet met gehoorzaamheid. Maar vraag je eens af wat dat voor vrijheid is? De christelijke vrijheid geeft je ruimte in zaken waarover God geen geboden heeft gegeven.  En ook daarbij moet je goed bedenken dat wat jij wilt misschien wel tegen Gods Woord ingaat. Bestudeer je Bijbel goed! Misschien is het wel verstandig om op zoek te gaan naar iets dat jouw standpunt niet ondersteunt.

Als afsluiting een (hopelijk) confronterende vraag: wil jij deze God wel als jouw God?

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage