Tagarchief: heilig

Het had wel christelijker gekund

Dat lees ik weleens ergens… de laatste keer in een column in het Nederlands Dagblad, waarin de schrijfster zich overigens tegen deze aantijging verweerde.

Of dat terecht of onterecht is, weet ik niet – ik heb alleen die column gelezen, niet wat er ‘allemaal’ aan voorafging.

Waar ik het over wil hebben is waaròm je iets ‘christelijker’ zou maken, of juist niet.

Als iets – een blad, een artikel, een glossy – een heel ‘christelijke uitstraling’ heeft, zullen niet-christenen het niet gauw gaan lezen. Soms is dat niet erg, want dan zijn christenen de doelgroep. Maar als je nou juist niet-christenen wilt bereiken?

Paulus had daar in zijn tijd wel ideeën over, en heeft daaraan, als we zijn eerste brief aan de Korintiërs mogen geloven, ook wel uitvoering gegeven. Lees maar eens 1 Korintiërs 9:19-23. Vaak wordt dit gedeelte aangehaald met ‘de Joden een Jood, de Grieken een Griek’, hoewel Paulus dat niet zo heeft geschreven.

Er zijn tegenwoordig veel christenen, die vinden dat alle christenen de Joden een Jood, en de Grieken een Griek moeten worden. En ik denk dat we Paulus’ opmerking in vers 23 ook wel zo mogen opvatten.

Maar hoe werk je dat uit?

Ooit heb ik, ik meen in een conference, een verhaal gehoord over iemand die een parkeergarage binnenkwam en zag dat een stel criminelen autoruiten stond in te slaan. Omdat hij bang was dat hij problemen met de criminelen zou krijgen, begon hij ook maar autoruiten in te slaan…

Kort samengevat komt dit verhaaltje erop neer dat je je aanpast aan de ‘zonde’ van degene die je wilt overtuigen. Zoiets als proberen een alcoholist van z’n probleem af te helpen door zelf óók dronken te worden; of een roker van z’n probleem door zelf ook te gaan roken.

Maar dat bedoelt Paulus niet, denk ik. Wat dan wel?

Hij hield zich bij en voor de Joden aan de Joodse wetten – niet alleen de tien geboden, maar juist ook de spijswetten etc., en bij de niet-Joden deed hij dat niet. In beide gevallen handelde hij zo om geen belemmeringen voor de verspreiding van het evangelie op te werpen.

Maar Paulus zondigde niet met zijn doelgroep mee… Hij hield zich wèl aan de tien geboden, óók bij de niet-Joden.

En dat is iets dat volgens mij tegenwoordig weleens uit het oog verloren wordt.

Bij dat verhaaltje hierboven over de autoruiten hoort nog een ‘staartje’: de hoofdpersoon van het verhaaltje sloeg ook de ruit van de auto van de criminelen in…

En, om met een realistischer voorbeeld te komen, is het verstandig om op zondag je eigen kerkdienst(en) te verzuimen en te gaan evangeliseren op het sportveld? Dat lijkt erg veel op diverse uitingen in de reclamewereld: iets wordt prachtig voorgespiegeld, maar de op basis daarvan aangeschafte werkelijkheid valt tegen. Sterker nog, het is oneerlijk, want als je doelgroep zich bekeert, wordt die geacht zich ’s zondags in de kerk te vervoegen – in ieder geval de eerste tijd…

Als het om geloof in God gaat kan het niet zo zijn dat het doel de middelen heiligt. Dat keert zich tegen je. God is heilig, niet schijnheilig.

Misschien iets om eens studie van te maken? Ik heb dit stukje expres niet als ‘leesvoer’ gecategoriseerd.

Geloven is gemakkelijker als je denkt!

Voor een puntsgewijze behandeling van ‘De Joden een Jood, de Grieken een Griek’, zie ‘Cultuurgericht kerk-zijn: de Joden een Jood en de Grieken een Griek?

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

24 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen; geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage

… gooi je parels niet voor de zwijnen

“Geef wat heilig is niet aan de honden, en gooi je parels niet voor de zwijnen; die zouden ze maar met hun poten vertrappen, zich omkeren, en jullie verscheuren.”

Dat heeft onze Heer Jezus gezegd; het staat opgetekend in Matteüs 7:6. Maar wat bedoelt Hij er mee?

Mijn eigen gedachte was altijd dat je het goede nieuws, het evangelie, niet aan iedereen moet verkondigen, in ieder geval niet op elk moment. Spotters, bijvoorbeeld, kun je beter vermijden; zie o.a. Spreuken 9:7-9.

Uiteraard ben ik ook op internet gaan zoeken naar verklaringen, en heb twee verwijzingen gevonden die ik wil delen: een verklaring van Onze Taal, en een heel uitgebreid stuk uitleg over hoe deze tekst in de Bijbel in Gewone Taal vertaald is, en waarom.

Vooral het laatstgenoemde stuk vond ik interessant, mede omdat het een verklaring geeft waarin de tekst (“Geef wat heilig is …”) aansluit bij het voorafgaande gedeelte, over het ‘niet oordelen’ – Matteüs 7:1-5, en dus niet op zichzelf staat. In het kort komt het hierop neer – ik citeer: “Binnen de context blijft het een losstaand vers. Toch kun je Matteüs 7:6 lezen als een soort reactie op het voorafgaande. In de verzen ervoor gaat het erom dat je geen oordeel moet hebben over anderen en ze zeker niet moet veroordelen. Dit vers lijkt daaraan toe te voegen: Ja, maar je moet wel een bepaalde inschatting maken. Er zijn mensen die niets met God te maken willen hebben, die een bedreiging vormen voor de verkondigers van het goede nieuws. Die moet je uit de weg gaan.“. Maar als je tijd hebt, lees dan het hele artikel!

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

2 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage