Herkennen we elkaar later?

Voor veel mensen is dit een belangrijke vraag. En al mogen we het niet belangrijker vinden dan Jezus liefhebben (zie Lucas 14:26), veel mensen vinden het wèl belangrijk! Als je wat in het rond zoekt kun je wel meer stukjes over dit onderwerp vinden, b.v. van Reinier Sonneveld, van Jaap Fijnvandraat, en een preek van René van Loon (pdf).

Maar eerst wil ik ingaan op de tekst waarnaar ik hierboven verwijs. In de Nieuwe Bijbelvertaling begint Lucas 14:26 zo: “Wie mij volgt, maar niet breekt met zijn vader en moeder …”. Ik vind het een slechte vertaling, slechter dan de NBG-vertaling van 1951 “Indien iemand tot Mij komt, en niet haat zijn vader en moeder …”. Waarom? Omdat ‘haten’ veel sterker is dan ‘breken met’, en je dus gemakkelijker het absurde van deze tekst inziet. De aantekeningen bij de Nieuwe Bijbelvertaling bij Lucas 14:26 maken het wel helderder: “Het gaat om de bereidheid om het meest dierbare op te geven, van minder belang te achten.“. Dan zet je dat er toch neer?! Of je zorgt voor een verklarende opmerking onder aan de pagina… Dat laatste vind ik beter, want dan houd je de vertaling zo letterlijk mogelijk – mèt respect voor de doeltaal – en wordt de lezer niet onnodig op het verkeerde been gezet.

Dan nu terug naar het onderwerp: herkennen we elkaar later?

Ik laat een aantal Bijbelteksten de revue passeren.

In 1 Samuel 28:11-14 wordt Samuel in opdracht van Saul opgeroepen door een dodenbezweerster. De vrouw herkent Samuel, en Saul herkent hem van de beschrijving door de vrouw.

Op een gegeven moment komen Mozes en Elia onze Heer Jezus bemoedigen, zie Matteüs 17:3-4 en Lucas 9:30-33. Hoewel Petrus deze mannen nog nooit gezien heeft, herkent hij ze meteen.

De sadduceeën, die niet in de opstanding uit de doden geloven, vragen Jezus hoe het zit met een vrouw die achtereenvolgens met zeven broers getrouwd is geweest, zie Matteüs 22:23-33 en Marcus 12:18-27. Jezus’ antwoord is volgens mij veelzeggend: “… Want bij de opstanding trouwen de mensen niet…”. Als we elkaar niet zouden herkennen, had Hij dat toch kunnen zeggen? Hij zegt immers ook “… ze zijn dan als engelen in de hemel.” – engelen zijn ook niet getrouwd.

In de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus herkent de rijke man Lazarus en Abraham. Een bekende tegenwerping is dat het hier om een gelijkenis gaat, waarin aangesloten wordt bij de beleving van hemel en hel van die tijd. Maar geloof je nou werkelijk dat onze Heer Jezus ons een verhaal zou vertellen waarin onwaarheden zitten?

Tegen de ene misdadiger, die naast Hem aan het kruis hangt, zegt Jezus dat die nog dezelfde dag met Hem in het paradijs zal zijn (Lucas 23:42-43). In ieder geval zal die man dan Jezus herkennen.

Een heel sterk argument vind ik zelf 1 Korintiërs 13: de liefde blijft!

En onze lichamen zullen veranderen, zie 1 Korintiërs 15:50-54. Er gebeurt dus iets met onze ‘oude’ lichamen. Dat zou niet nodig geweest zijn als…

Er zijn nog wel meer teksten te vinden. Ga maar eens op zoek!

Reageren kan via e-mail; zet er s.v.p. de titel van dit stukje bij.

2 december 2017: verwijzingen naar Bijbelteksten vervangen: geen NBV maar HSV (reden).

Laatste wijziging: 1 september 2019.
^
Homepage